IN KOELEN BLOEDE

dark_and_spooky_castle_by_matahari22-d6unyya
‘Dan laat ik u verder met rust,’ zeg ik en kijk voor de laatste keer om me heen. Het kasteel is prachtig, zijn bezitter ronduit onweerstaanbaar. Ik voel hoe zijn ogen op me rusten.
‘Madame, mag ik u een glas wijn aanbieden?’
‘Nee, dank u. Mijn werkdag is ruimschoots ten einde. Het is omdat ik u persoonlijk wilde vertellen dat we geen belastende feiten hebben gevonden, anders was ik allang thuis geweest.’ Ik glimlach. ‘Bovendien kan ik niet zo goed tegen alcohol.’
Hij knikt. Mijn uitgestoken hand verdwijnt tussen zijn slanke vingers. De chemie tussen ons kan niet duidelijker zijn en doet mijn hart bonzen.
‘Ik heb inmiddels de politiecommissaris laten weten dat ik geen van de beschuldigingen aan uw adres kan bevestigen.’
‘Uw aanwezigheid, madame, was mij de aantijgingen meer dan waard.’ Hij verhoogt de druk rond mijn vingers. ‘Maar uw werk zit erop,’ zegt hij zacht. ‘Ik zou wellicht hier en daar enkele aanwijzingen kunnen rondstrooien. Wat sporen hier of daar? Zou dat u kunnen verleiden om uw bezoeken aan mijn château te continueren?’
Ik kijk hem aan, tracht de betekenis van zijn woorden te peilen. ‘Maar graaf, ik ben inmiddels van uw onschuld overtuigd.’
Mijn onderbuik trekt samen als zijn flauwe glimlach traag verbreedt. Plotseling maakt hij zich van mij los. ‘U heeft nog een lange rit voor de boeg.’ Hij knikt en opent de deur. ‘Tot ziens, mevrouw de inspecteur.’

De regen komt met bakken uit de lucht. Geërgerd trek ik mijn capuchon over mijn hoofd en ren naar mijn auto. Het wispelturige gedrag van de graaf irriteert me mateloos. Ik gooi mijn tas op de bijrijdersstoel, droog mijn handen aan mijn rok en steek de sleutel in het contact. Als de motor weigert aan te slaan, probeer ik het opnieuw. En nogmaals. Tevergeefs. Nijdig sla ik met mijn vuist op het stuur.
Graaf Le Sânge opent mijn portier. ‘Uw woede is zinloos. Ik ben bang dat u uw licht heeft laten branden.’ Een blik op de schakelaar bevestigt zijn vermoeden. ‘Komt u mee naar binnen, madame. Dan zoeken wij een passende oplossing.’
Ik pak mijn tas.

‘Ik vreesde al dat de garagehouder mijn château te ver uit de richting, het tijdstip te laat en het weer te onstuimig zou vinden.’ Hij heft proostend zijn glas. ‘Ik ben verheugd dat u mijn aanbod hier te overnachten heeft geaccepteerd.’
‘Dank u voor uw gastvrijheid.’
Alexander Le Sânge schenkt mij bij.
‘Vannacht is het volle maan,’ zegt hij. ‘Gelooft u in het occulte, mevrouw de inspecteur?’
Ik schud mijn hoofd.
‘Geesten? Vampiers?’
‘In mijn vak?’
Hij knikt en toont zijn handpalmen in overgave.
We drinken in stilte. Het haardvuur schildert schaduwen op de wand. Ik kijk hem onderzoekend aan. ‘U ziet bleek, monsieur. Voelt u zich wel goed?’
‘Een hardnekkige bloedarmoede speelt mij parten.’ In zijn zwarte irissen lichten gele vlekjes op. ‘Maakt u zich geen zorgen, madame. Vanavond schenkt u mij alles wat ik nodig heb.’
De ruimte tussen ons in lijkt statisch geladen. Nerveus leeg ik veel te snel mijn glas.
‘Neemt u zelf niet meer?’ vraag ik als hij het onmiddellijk weer bijvult.
Hij heft afwerend zijn hand. ‘Nee, laat tenminste een van ons verstandig zijn.’ Zonder een spier in zijn gezicht te vertrekken komt hij overeind en maakt een kleine buiging. ‘Goede nacht, madame.’
Nijdig blijf ik alleen achter. Alexander le Sânge lijkt een spelletje te spelen en verwart me daarmee meer dan ik toe wil geven. Ik zucht en haal mijn schouders op. Het is waarschijnlijk beter zo. Zeker zolang deze zaak loopt, mag ik me niet door een waanzinnig aantrekkelijke man van de wijs laten brengen.

Ik woel in mijn bed en verbaas me over het gedrag van de graaf. Aantrekken, afstoten, aantrekken en weer afstoten. Het is om gek van te worden. Ondanks mijn ergernis pieker ik even later toch weer over de jonge vrouw die precies vier weken geleden in rook leek te zijn opgegaan. Zij was niet de eerste. Ergens moet een aanwijzing te vinden zijn. Vrouwen verdwijnen niet zomaar. Dat er in iedere zaak een link naar Alexander le Sânge schijnt te zijn, is op zich niet zo wonderlijk. Het halve dorp is op de een of andere manier met het kasteel verbonden. De mannen kunnen zijn bloed wel drinken. Want zijn niet alle vrouwen hier tot over hun oren verliefd op de kasteelheer? En kan iemand hen dat kwalijk nemen?
Had ik nou maar gewoon mijn autolichten uitgedaan, want ook ik kan inmiddels nergens anders meer aan denken dan aan de liefde bedrijven met Le Sânge.
De gordijnen bewegen zacht en het heldere licht van de maan lijkt mijn lichaam te strelen. Onrustig draai ik me van mijn rug op mijn buik. De wijn maakt me dromerig en in gedachten zie ik hem voor me. Zijn raadselachtige zwijgzaamheid, zijn mysterieuze ogen. Onwillekeurig strelen mijn vingers mijn naakte lichaam. Mijn tepels reageren onmiddellijk en richten zich op. Mijn hand glijdt tussen mijn benen. Als ik me voorstel hoe niet ik maar hij mij daar streelt, glijden mijn vingers moeiteloos in mijn vochtige warmte. Ik beweeg ze traag in en uit en kreun zacht. ‘Alexander …’ Ik span mijn verhitte lijf. De gedachte aan zijn ogen, zijn mond maken dat ik nog veel natter word. Steeds sneller gaan mijn vingers. ‘Alexander!’

‘Madame?’
Razendsnel draai ik me om. ‘Monsieur Le Sânge?’
‘U heeft mij geroepen?’ In het kille maanlicht tekent zijn aristocratische silhouet zich af.
Als ik mijn hand omhoog breng, grijpt hij mijn pols en ruikt aan mijn vingers die nat zijn van mijn opwinding. Hij kreunt van achter uit zijn keel en brengt mijn hand weer omlaag.
Dominant in zijn adembenemende naaktheid kijkt hij op me neer. ‘Ga door, madame!’
Mijn vinger volgt de contouren van mijn borsten, mijn buik, mijn schaambeen. Ik kan niet anders dan hem gehoorzamen. Mijn vocht loopt uit me en intuïtief duw ik mijn bekken omhoog. Ik zoek mijn gevoeligste plekje.
‘Streel uzelf, madame!’ Hij doet een stap achteruit.
Ik schok en stoot omhoog tegen mijn hand. Keer op keer. Mijn onderbuik trekt samen. Iedere vezel in mijn lijf wil hem. ‘Alexander!’
De wetenschap dat hij naar me kijkt, maakt me krankzinnig. Met lange strelingen van mijn hand stuur ik golven van genot door mijn lendenen. Mijn lijf schokt ongeremd en ik verlies elke controle als mijn twee licht gekromde vingers diep in me schuiven. Ik schok, trek samen en span om mijn vingers die in en uit me bewegen. Zijn adem stokt als ik opnieuw zijn naam kreun. Ik ruik onze opwinding, strek mijn lijf en til mijn heupen omhoog.
‘Ga door, mevrouw de inspecteur!’ Hoe koel en afstandelijk klinkt zijn stem. Zijn arrogantie maakt me buiten zinnen van genot. Ik kreun, ik grom, lever me volledig aan hem over. ‘Alexander, neem me!’
‘Bevredig uzelf, madame!’
Ik stoot, stoot en stoot opnieuw. Huilend van genot bereik ik mijn hoogtepunt, dat een eeuwigheid lijkt te duren.
‘Ik zei toch dat u me alles geven zou!’ gromt hij. Zijn stem is donker van genot.
Gretig buigt Alexander le Sânge zich over mij heen. Zijn lippen betasten mijn hals.
‘U laat mij geen keus.’
‘Alexander?’
Hij kijkt op. ‘Het spijt me, madame.’ Zijn scherpgepunte hoektanden flikkeren in het maanlicht.
In een reflex graai ik naar het dienstwapen onder mijn kussen. Ik druk af.
Verbaasd kijkt hij me aan. ‘Madame?’
‘Het spijt mij ook.’ Ik vuur opnieuw.

 

fvh-ewa-1e-prijs-2016

 

Plaats een reactie